Dit plaatje hoort nog bij het tochtje door de Gascanane Sound. Vanwege stromingen, rotspartijen en eilanden waar je om heen moet best wel een spannend tochtje.
Maar met Lei voor de navigatie en Els aan het stuur zijn we er goed doorheen gekomen.
Uiteindelijk valt het allemaal natuurlijk best mee!!
Crookhaven blijkt veel leuker dan gedacht. Een piepklein plaatsje waar mensen vooral naar toe komen om Mizen Head en het uitzicht daar te komen bekijken. Dinsdag de 21e varen we weg en ronden Mizen Head in wat druilerig weer. Volgens de pilot zijn daar “confused seas”. Dat klopt, we komen er maar met moeite doorheen, ook omdat we de wind van achter hebben. Na 4 uur varen maken we vast in Lawrence Cove, een kleine, sympathieke marina op Bere Island in Bantry Bay.
’s Middags fietsen we naar Lonehort fort op de kop, en naar de baai met dezelfde naam. Het eiland blijkt een belangrijke militaire rol gespeeld te hebben in WO I. En oorspronkelijk zijn de Vikingen hier geland. De volgende dag met zonnig (maar fris) weer een prachtige tocht naar de andere kant van het eiland. Op de top een schitterend uitzicht.
De windvooruitzichten doen ons besluiten door te varen naar
Glengarriff, in de kop van Bantry Bay. Een toeristisch plaatsje omsloten door
bergen. Glengarriff betekent “rugged valley” (ruige vallei), en dat zien we op
onze wandeling naar Coomarkane de volgende dag. Enerzijds bebost, anderzijds
met enorme rotspartijen. Echt geweldig. En opeens een mini bezoekerscentrum
geleid door een Londenaar die hier naar toe is verhuisd. Koffie en zelfgemaakte
appeltaart. Uiteraard komt de Brexit ter sprake. “A terrible mistake” volgens
hem.
Glengarriff ligt zo’n 30 mijl van Dursey Island, waar we om
heen moeten naar het noorden. We varen dus eerst terug naar Castletownbere,
tegenover Bere Island. Op weg naar de meerton zitten we even vast op een
ondiepte. Foutje!! Castletownbere blijkt een heel leuk en bedrijvig vissersplaatsje.
Op de pier eten we een formidabele “seafood chowder” (vissoep).
De weersverwachting doet ons twijfelen. We willen eigenlijk
naar Valentia Harbour, zo’n 45 mijl naar het noordwesten. Maar de wind zou in
de loop van de dag die kant uit gaan draaien
en flink aantrekken. De planning is om door de Dursey Sound te gaan, een
uiterst smalle doorgang met ook nog een kabelbaan boven je hoofd, en daarna te
kijken wat we doen. Op de AIS zien we
een schip voor ons de sound voorbij varen en buitenom gaan. We bedenken dat
we dan westelijker uitkomen en meer kans hebben de tocht naar het noorden
bezeild te hebben. We gooien de planning dus om, en varen nu langs The Calf,
The Cow en The Bull, drie rotsen in zee die ongeveer de vorm van die beesten
hebben. Vooral The Bull is imposant, al zien we hem maar half vanwege de
zeemist. In het water zien we wel opeens 3 “minke whales”, de kleinste soort
walvis. Nooit eerder gezien!!
We gaan dus door, al is het niet echt een pleziertochtje.
Het is stampen en klotsen op een zeer hobbelige zee. Maar bij het oversteken
van Kenmare Bay worden we beloond: tientallen dolfijnen springen om ons heen, en
zwemmen met de boot mee. Het blijft een geweldige ervaring. Na zo’n 7,5 uur
varen maken we vast in Knightstown, op Valentia Island.