zaterdag 3 augustus 2019

Cádiz, El Puerto de Santa Maria, Rota, Mazagón

Cádiz ligt als een soort kaap midden in de grote baai met dezelfde naam. De stad is omgeven door water, en zit alleen met een smalle landtong waarover een weg en het spoor loopt, en met twee bruggen, vast aan het vasteland. Er wordt beweerd dat Cádiz de oudste stad van Europa is, rond 1100 voor Chr. gesticht door de Phoeniciërs. De bloeitijd kwam na de ontdekking van Amerika, waarna de handel met de Nieuwe Wereld vooral hier vandaan plaatsvond.
Cádiz is veel minder bekend dan de andere grote Andalusische steden, zoals Seville, Granada en Córdoba, en dat is goed te merken: er zijn geen grote hordes buitenlandse toeristen. Toch is het oude centrum prachtig. Veel grote gebouwen uit de tijd dat Cádiz welvarend was, een imposante wkathedraal, een kasteel en een fortificatie, prachtige parken, maar vooral een enorm labyrinth van kleine, smalle straatjes onderbroken door intieme pleintjes.

De eerste drie dagen liggen we in de marina, daarna gooien we het anker uit onder de imposante, nieuwe brug, die een beetje op de Erasmusbrug lijkt. We kunnen met de dinghy aan land in het vissershaventje vlakbij. De volgende ankerplek is aan de noordkant van de baai, voor een mooi strandje ten westen van El Puerto de Santa Maria. Deze stad vormt samen met Sanlúcar de Barrameda en Jerez de La Frontera de zogeheten sherrydriehoek. Ook hier is het rustig. Veel bodega's uiteraard, waaronder die van Osborne, en een aantal palacio's uit de 17e en 18e eeuw van belangrijke kooplieden die handel dreven met Amerika. Veel ervan redelijk vervallen, maar o.a. het barokke Casa dos Leones, nu hotel, en het Casa de Aranibar, met een schitterend houten plafond, zijn gerestaureerd.

In de omgeving is een aantal fietstochten uitgezet. We gaan eerst naar de zoutpannepn, en zien daar twee lepelaars, en een enorm aantal flamingo's, ook in vlucht. Dan zie je pas goed het oranje en zwart aan de onderkant van hun vleugels. Prachtig!

De fietstocht naar Jerez de la Frontera is lang en warm. Het Alcazar (een prachtige Moorse burcht) is uiteraard gesloten, net als de Phoenische opgraving van Doña Blanca een dag later. Dat is echt een nadeel van Spanje: tussen 14.00 en 17/18.00 uur is alles dicht en kun je nergens in. Gelukkig is de kathedraal van Jerez wel open, en is er buiten ook het nodige te bezichtigen. Terug met de trein, in 10 minuten zijn we op het station van El Puerto de Santa Maria, en na een half uurtje fietsen, en 10 minuten met de dinghy terug op de boot.

Dan maar weer eens een echte haven: Rota. Eerst poetsen, dan verkennen. We waren er al eerder vanuit Chipiona, maar zien nu pas goed wat een leuk stadje het is. Heel erg authentiek, nauwelijks buitenlandse toeristen. Een heel netwerk van smalle straatjes, waar het 's morgens en 's avonds enorm gezellig is. Uiteraard heel veel terrasjes en restaurantjes op straat. Achter de boulevard een mooi natuurgebied waar je over vlonders door heen kunt. Hier huist de groene kameleon (niet gezien helaas). In zee, net als in Chipiona, de zogenaamde Corrales. Dat zijn door de Romeinen gebouwde halfronde dijkjes, die als een soort visfuik dienden. Bij hoogwater zwemmen de vissen er in, bij laag water blijven ze er in achter. Heel ingenieus!!
Van Rota naar Mazagón is het niet echt ver. Wel tegenwind, zoals altijd hier als je naar W of NW moet varen. Mooi fietsen langs de kust, en met de bus naar Huelva. Leuk. Allemaal heel erg Spaans hier, want dit is het minst bezochte deel van Spanje.

       Maar een paar (telefoon)kiekjes bij dit blog, de mooie plaatjes kan ik zonder wifi niet van de laptop halen. Misschien later.  Dit zijn respectievelijk de brug bij Cadíz waaronder we geankerd hebben, de fietstocht langs de Guadalete bij El Puerto de Santa Maria, en de 400 jaar oude maritieme den bij het parador van Mazagón.
  


Geen opmerkingen: